De Vlaamse overheid voert vanaf het schooljaar 2021-2022 taaltesten in bij kleuters. Die testen moeten verhinderen dat kinderen met een achterstand van het Nederlands aan hun lagere school beginnen. "“Want wie een taalachterstand heeft, loopt vaak ook achterstand op in andere vakken. Ongelijk aan de start is ook ongelijk aan de eindmeet", zegt Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA).
Vanaf schooljaar 2021-2022 taaltesten voor kleuters
1 op de 4 kleuters in Vlaanderen spreekt thuis geen Nederlands. Ook algemeen daalt de kennis van het Nederlands in ons onderwijs. Niet toevallig illustreert het internationale PISA-onderzoek dat ook onze globale onderwijskwaliteit daalt. “De kwaliteit van ons onderwijs begint bij het Nederlands”, zegt Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA). “Kennis van het Nederlands is de sleutel tot álle andere kennis."
Vanaf het schooljaar 2021-2022 komen er daarom taaltesten. De taaltest wordt afgenomen in de derde kleuterklas. Wie een taalachterstand heeft, kan in de rest van het jaar nog bijgewerkt worden. Blijkt de achterstand op het einde van de kleuterklas alsnog te groot, dan kan de klassenraad adviseren om nog niet over te stappen naar de lagere school. Als ouders dat advies naast zich neerleggen, moet het kind in het 1ste leerjaar een taalintegratietraject doorlopen. In beginsel gaat het dan om een taalbadklas, dat ook voltijds kan zijn.
“Kennis van het Nederlands wordt nu echt een belangrijk criterium bij de start van het lager onderwijs”, zegt Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA). “Als er taalachterstand is, dan móeten we die kordaat aanpakken”, zegt Weyts. "Als het moet krijgen deze kinderen een voltijds taalbadjaar. Je bewijst hen enkel een dienst door hen even gelijke kansen te geven als alle andere kinderen”.