De aandacht van de coronacrisis is de voorbije dagen verschoven van de ziekenhuizen naar de woonzorgcentra in ons land. Daar stierven de voorbije weken meer dan 600 mensen aan de gevolgen van het coronavirus. “Bewoners en personeel van woonzorgcentra zitten vandaag als ratten in de val. Zonder ingrijpende maatregelen worden ze allemaal zwaar getroffen”, zegt dokter Dirk Devroey uit Overijse.
VUB-prof Devroey over woonzorgcentra: “Testen, testen en nog eens testen”
Volgens professor huisartsengeneeskunde Dirk Devroey uit Overijse moet er snel veel meer getest worden in woonzorgcentra. “De komende week moeten alle bewoners één tot twee keer getest worden. Het personeel nog vaker, want zij gaan ook buiten het woonzorgcentrum", aldus Devroey. "Misschien kunnen zij zichzelf via een sneltest op regelmatige basis testen. Alleen op die manier kunnen kan het virus ingedijkt worden."
Devroey vindt dat woonzorgcentra hulp moeten krijgen van experten om zich te herorganiseren in besmette en niet-besmette eenheden. “Woonzorgcentra zijn vaak niet ingericht om met dergelijke infectieziektes om te gaan. Afzonderen is nochtans immens belangrijk. Bewoners in woonzorgcentra wonen in grote groepen van 20 tot 30 mensen samen. Als er één iemand besmet is, kan de hele afdeling besmet raken. Wie vandaag nog gezond is, moet gezond kunnen blijven”, aldus Devroey.
Elk woonzorgcentra moet ook een goed plan van aanpak hebben. “Welke middelen en welk personeel zet ik waar in? Waar ga ik besmette personen afzonderen? Welke artsen raadpleeg ik? Dat zijn vragen waar ze snel een antwoord op moeten vinden. Ik hoor dat ziekenhuizen en universiteiten bereid zijn hen daarbij te helpen”, zegt Devroey.
Testen, zieke bewoners afzonderen en gepaste zorg aanbieden kunnen volgens Devroey levens redden. “Maar het moet snel gebeuren. Anders raakt iedereen besmet en dan kan het sterftecijfers heel hoog oplopen. Als we niet snel actie ondernemen, overleeft de helft van de rusthuisbewoners mogelijk het coronavirus niet”, besluit Devroey.