Pepingen blijft onderzoeken of een fusie met andere Pajotse gemeenten mogelijk is, maar wil dat alleen als er een voldoende groot project mét draagvlak is. Dat besliste de gemeenteraad. “We willen een Pajottegem-scenario vermijden waarbij de fusie op zich een voldongen feit is voor de burgers. Die fusie is te snel doorgeduwd”, klinkt het.
Pepingen zoekt draagvlak voor eventuele fusie: “Inwoners niet voor voldongen feiten stellen”
De bestuurskrachtmeting die Pepingen eerder dit jaar liet uitvoeren is klaar en duidelijk: als kleine plattelandsgemeente zal het de komende jaren meer en meer onder druk komen te staan. “Een aantal cijfers zijn te nuanceren, maar het drukt ons wel met de neus op de feiten. Schaalvergroting door een fusie wordt op termijn nodig, daar zijn we niet blind voor. Maar we willen ons evenmin halsoverkop in een onzeker avontuur storten”, klinkt het bij het Pepingse gemeentebestuur. Pepingen wil ook dat de volgende Vlaamse regering meer duidelijkheid over de structurele onderfinanciering van plattelandsgemeenten.
Pepingen beseft dat schaalvergroting nodig is, maar wil dat alleen als de tijd er rijp voor is. Voor haar keuze baseert de gemeenteraad zich op ook op een studie die zegt dat een fusie rendeert als je gemeenten van 30.000 tot 40.000 inwoners krijgt. “Dat halen we alleen met alle Pajotse gemeenten samen. Een ondermaatse fusie helpt de bestuurskracht niet vooruit en is vooral een voorbode van een nieuwe fusie”, klinkt het in Pepingen. “Voor onze gemeente zijn er op vandaag nog teveel onduidelijkheden om in eer en geweten een beslissing te nemen.”
Pepingen betreurt tot slot net als Roosdaal en Lennik de naam Pajottegem. De gemeente wil de komende jaren vooral gebruiken om een eventuele fusie te onderzoeken. “Dat zullen we samen doen met onze inwoners. Tegen 2030 moet dan alles in gereedheid zijn om de beste optie te kiezen voor Pepingen en bij uitbreiding voor het Pajottenland. Voldoende schaalgrootte en draagvlak en een gedeeld Pajots plattelandskarakter blijven de uitgangspunten.”