In Asse moeten marktkramers sinds vorige week de klanten éérst Nederlands aanspreken, nadien pas in het Frans. Op de uithangborden mogen voortaan ook alleen nog maar producten in het Nederlands aangeprezen worden. Wat vinden de marktkramers en klanten van die maatregel?
Klanten markt Asse: "Toch logisch dat je hier Nederlands praat?"
Marktkramers die zich niet aan de regels houden, dreigen hun vergunning kwijt te raken. “Ik vind het een goede zaak. Als ik op de markt in Wallonië sta, zou ik het ook vreemd vinden als ik Nederlands begin te praten. De klanten zouden mij niet verstaan. Of ik hier al gemeenschapswachten gezien heb vandaag? Nee, dat niet”, zegt marktkramer Patrick De Quanter.
Die gemeenschapswachten moeten namelijk toekijken of de maatregel nageleefd wordt. "Ik weet niet of zij de meest geschikte personen zijn om controles uit te voeren. Ik vrees dat ze niet voldoende autoriteit hebben om de maatregel te handhaven en verbaliseren. Ik vind de maatregel bovendien onnodig", zegt marktkramer Eddy Bronselaer.
Nog andere marktkramers vrezen inkomstenverlies. "Bij mij komen heel wat mensen uit Jette omdat ze ons van de markt daar kennen. Als we die klanten niet meer in het Frans mogen aanspreken, denk ik niet dat die nog terugkomen", zegt marktkramer Benny De Braekeleer.
Gemengde reacties bij de marktkramers dus. Heel wat klanten vinden het wl een positieve maatregel. “Ik vind het logisch. Als klanten of marktkramers geen Nederlands kunnen praten, vind ik dat ze eerst toch wat inspanningen moeten doen”, zegt Christiane Vanden Esse. “Het stoort mij niet dat ze anderstalig zijn, maar het stoort mij wel dat ze zich niet aanpassen en Frans blijven spreken. Maar ik apprecieer wel dat enkele marktkramers hier wel moeite doen om Nederlands te praten”, besluit Fred De Wever.