Het Agentschap Integratie en Inburgering roept met een campagne lokale besturen op taalleerders positief in de kijker te zetten. Deze week is de ‘De Week van het Nederlands’, daar sluit de campagne bij aan.
Agentschap Integratie en Inburgering roept lokale besturen op om positieve verhalen te vertellen over taalleerders: “Anderstaligen willen wel Nederlands leren”
In de aanloop naar de verkiezingen van 13 oktober blijkt ook uit onze rubriek ‘Mening van de lijsttrekker’ dat het gebruik van het Nederlands een belangrijk politiek issue is. Ook het nieuwe Vlaamse regeerakkoord spreekt de verwachting uit dat iedereen die zich in de Rand vestigt Nederlands leert spreken en de taal daadwerkelijk gebruikt. In het verlengde daarvan pakt Het Agentschap Integratie en Inburgering uit met een campagne die zich niet richt op potentiële cursisten, maar wel op lokale besturen. Het Agentschap biedt de lokale besturen middelen en tools aan om op een positieve manier over taalleerders te communiceren.
Misvatting
“Een van de vaak gehoorde veronderstellingen is dat anderstaligen geen Nederlands zouden willen leren. De cijfers spreken dat tegen. 77.951 anderstaligen meldden zich in 2023 aan voor een cursus Nederlands als tweede taal. Dat waren er nooit eerder zo veel”, zegt Ann Van Damme, directeur Samenleven en Taal. Ook in de Vlaamse Rand zitten de cijfers in de lift. “In 2023 melden 3.344 mensen zich aan voor een cursus Nederlands”, zegt het Agentschap.
Aanbod van verbindende verhalen
Het initiatief benadrukt het belang van Nederlands als verbindende taal in onze samenleving. Het project biedt ondersteuning aan lokale besturen en organisaties om effectief en respectvol te communiceren over taalleerders Nederlands. Het Agentschap biedt hen verschillende verbindende verhalen aan die de motivatie van taalleerders positief in de kijker zetten.
“Door positief en genuanceerd te communiceren over taalleerders en taalverwerving motiveer je anderstaligen om Nederlands te leren, te oefenen en te gebruiken. Ook Nederlandstaligen kunnen hun steentje bijdragen. Zij kunnen taalleerders leer- en oefenkansen aanbieden”, aldus Van Damme. “Door samen te leren en te oefenen, versterken we de samenleving en openen we deuren naar een inclusieve toekomst.”