Asbestfonds aangepast, N-VA blijft kritisch

don 4 apr 2019

In de Kamer is gisteren beslist een aantal verbeteringen door te voeren voor asbestslachtoffers. Dat gedupeerden nog altijd moeten kiezen tussen het aannemen van een vergoeding of een gerechtelijke procedure tegen een asbestbedrijf, vindt N-VA evenwel nog steeds onrechtvaardig.

De slachtoffers krijgen voortaan een tussenkomst vanaf de diagnose van hun ziekte; tot nu was dat vanaf de datum van hun aanvraag. Ook kunnen, naast patiënten met mesothelioom en asbestose, nu ook slachtoffers van long-en strottenhoofdkanker in aanmerking komen voor een tussenkomst. Voor de zwaarste slachtoffers wordt een nieuwe en bijkomende vergoeding van 10.000 euro voorzien. Belangrijk is ook dat de verjaringstermijn tot vijf jaar na de diagnose zal lopen voor de slachtoffers die geen beroep willen doen op het Asbestfonds en zich tot justitie richten. Het burgerlijk wetboek voorziet een verjaring na twintig jaar maar die termijn werd aangepast omdat asbestgerelateerde ziektes soms pas lang na de blootstelling worden vastgesteld.

Het wetsvoorstel met aanpassingen werd goedgekeurd in de parlementaire commissie Sociale Zaken. Minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) uit Merchtem is tevreden dat over de partijgrenzen heen een akkoord is gesloten. N-VA, dat de aanpassingen mee goedkeurde, blijft evenwel vinden dat de regeling niet ver genoeg gaat en dat asbestbedrijven, zoals Eternit uit Kapelle-op-den-Bos, er goedkoop vanaf komen omdat asbestslachtoffers vaak al in een vergevorderd stadium van de ziekte verkeren en dan voor een vergoeding kiezen in plaats van een proces tegen de asbestfirma.

Volgens minister De Block verleende het Asbestfonds, sinds zijn oprichting in 2007, reeds financiële steun aan 2.669 mensen, voor een totaal budget van 108.122.868 euro.