Veel regiogenoten zijn supporter van voetbalclub RSC Anderlecht en geïnteresseerd in het wel en wee van de club. David Steegen, al 10 jaar de perschef van de Brusselse club, geeft -in zijn boek 'Elke dag een Wonder'- een unieke kijk achter de schermen van het instituut Anderlecht. RINGtv zocht Steegen op in zijn geliefd Constant Vanden Stockstadion.
Anderlecht-perschef David Steegen beleeft ‘Elke dag een wonder’
Op Anderlecht gebeurt er elke dag wel iets. Mooie dingen en lelijke dingen. Elke dag beleeft David Steegen als perschef van Anderlecht het wonder dat hij voor de club mag werken waar hij van kindsbeen af verliefd op is.
“Dit leven heeft ervoor gezorgd dat ik 25 minuten met José Mourinho in de kleedkamer heb kunnen praten. Het is een man die ik erg bewonder en fantastisch vind in de media. Het was geen fan-held gesprek, maar van man tot man kunnen praten over hoe media evolueert,” zegt Steegen.
Die media spelen een alsmaar belangrijkere rol in het hedendaagse voetbal. Iets waarover David Steegen kan meepraten. Vooral door de groei van de sociale media is de macht van de pers alleen maar groter geworden.
“Ik heb het met Weiler gezien, daar heeft een deel van de media beslist dat hij geen trainer was voor Anderlecht. En die zijn structureel blijven doorgaan. De media hebben heel veel macht omdat ze met veel zijn en omdat het constant is,” aldus Steegen.
Binnenkort stopt Steegen als persverantwoordelijke om directeur public relations te worden bij Anderlecht. Na 10 jaar bij de club heeft Steegen in de kleedkamer bij Anderlecht gezag opgebouwd. Daar moest hij in het beginnen voor knokken. Bijvoorbeeld toen kapitein Olivier Deschacht na een thuisnederlaag tegen Zagreb geen interview wou geven.
Toen stond ik voor het blok voor een volle kleedkamer. Ik wist niet wat ik moest doen, ik heb toen beslist om het risico te nemen en hardop in de kleedkamer te zeggen: kapitein wil niet gaan, wie wil gaan? Ik heb Deschacht toen letterlijk in zijn hemd gezet. Hij was woedend, maar is toch een interview gaan geven. Daags nadien zei hij dat nooit meer te doen. Mijn antwoord? Als het moet, doe ik het wel nog,” besluit Steegen.