De Vlaamse Volksbeweging analyseerde naar jaarlijkse gewoonte de nieuwe geboortecijfers van Kind en Gezin wat betreft de gemeenten van Halle-Vilvoorde en Tervuren. Zoals bekend geven deze cijfers (onder meer) het taalgebruik weer tussen moeder en kind. De nieuwe cijfers bevestigen de duidelijke trend van de voorbije jaren: het aandeel Nederlandstalige moeders blijft in de meeste gemeenten van Halle-Vilvoorde verder dalen. Opnieuw zijn er meer Franstalige dan Nederlandstalige geboorten in zeven belangrijke gemeenten van de Vlaamse Rand (buiten de faciliteitengemeenten).
Vlaamse Volksbeweging ongerust over aanhoudende ontnederlandsing Vlaamse Rand
Voor het eerst is ook de link gemaakt met de bevolkingsstatistieken van Economische Zaken, die onlangs alle demografische gegevens voor het voorbije jaar (‘loop van de bevolking 2016’) publiceerden. Op die manier kan niet alleen het percentage, maar ook het precieze aantal Nederlandstalige, Franstalige en anderstalige geboorten weergegeven worden.
In vier van de zes faciliteitengemeenten (Kraainem, Sint-Genesius-Rode, Linkebeek en Drogenbos) is er aan Nederlandstalige kant een stagnatie van het lage cijfer van de voorbije jaren. In Drogenbos is er opnieuw één Nederlandstalige geboorte (op 74). In Wemmel is er een vooruitgang van 11 naar 15 procent, maar in Wezembeek-Oppem zakken de Nederlandstalige geboorten naar 4 procent (nog 6 op 131). In diezelfde gemeente stijgt het aandeel Franstalige geboorten van 57 naar 67 procent. Ook in Kraainem, Linkebeek en Sint-Genesius-Rode is er aan Franstalige kant een stijging. Enkel in Wemmel is er een daling (van 63 naar 56 procent).
In de rest van Halle-Vilvoorde: in de gemeenten Beersel, Sint-Pieters-Leeuw, Vilvoorde, Machelen, Zaventem, Overijse en Hoeilaart worden opnieuw meer Franstalige kinderen geboren dan Nederlandstalige.
In Beersel, Sint-Pieters-Leeuw, Overijse en Hoeilaart is nog maar een derde van de geboorten Nederlandstalig. In Vilvoorde wordt, net als in Machelen, slechts door een kwart van de jonge moeders (afgerond 27 procent) Nederlands gesproken, versus 33 en 37 procent Frans.
Ook in Dilbeek (40,5N versus 40F), Grimbergen (38N versus 36F) en Tervuren (34N versus 31F) is de ontnederlandsing duidelijk. Alleen in Asse (41N versus 34F) is het verschil N/F opnieuw iets groter geworden.
Wanneer de vergelijking gemaakt wordt met 2010 dan blijkt dat het aandeel Nederlandstalige geboorten gemiddeld met 1,3 procent daalde per jaar (van 54,8 naar 46,8) en dat het aandeel Franstalige geboorten met 0,9 procent per jaar steeg (van 27,1 naar 32,3 procent). Van een stagnering van de verfransing is dus geen sprake volgens de Vlaamse Volksbeweging .
Volgens Bart Laeremans, lid van de Vlaamse Volksbeweging en gemeenteraadslid in Grimbergen, bewijzen de cijfers dat er te weinig inspanningen geleverd worden om Nederlandstalige gezinnen aan te moedigen om te blijven wonen in de Vlaamse rand. “Het beleid op dit vlak (onder meer de initiatieven van Vlabinvest) is nog altijd veel te beperkt, om niet te zeggen een druppel op een hete plaat,” aldus Laeremans. “Vlabinvest zou veel meer initiatieven moeten nemen in de zes faciliteitengemeenten. Tegelijk moet de Vlaamse regering de andere gemeenten van de Vlaamse Rand aanmoedigen om een actief woonbeleid te voeren en veel intenser met Vlabinvest samen te werken. Daarbij moet de focus meer liggen op eengezinswoningen in plaats van appartementen, zodat een blijvende aanwezigheid van deze jonge gezinnen verzekerd wordt.”