colruytprotest.png

Boeren protesteren voor deur van Colruyt tegen 'grondroof'

vrij 15 apr 2022

In Halle zijn tientallen boze boeren vanmorgen naar de hoofdzetel van Colruyt Group getrokken om er te protesteren. Ze beschuldigen de supermarktketen van grondroof, omdat Colruyt gronden opkoopt om er zelf voedsel op te telen. Zelfstandige kleine boeren kunnen naar eigen zeggen niet met de supermarktketen concurreren, en vinden nog amper grond om uit te breiden of op te starten.

Boze boeren beschuldigen vanmorgen tijdens hun protest de Colruyt Group van landroof, omdat het bedrijf te veel landbouwgrond aan hoge prijs zou opkopen om er voedsel op te produceren. Kleine, zelfstandige boeren maken zo geen schijn van kans, en de grondprijzen stijgen alleen maar, zeggen ze. “We zijn vijf jaar later begonnen dan we hadden gewild”, zegt Thijs Boelens, een landbouwer uit Pepingen. “Gewoon omdat we niet genoeg grond vonden om een kleinschalig, leefbaar bedrijf op poten te zetten. Dus het probleem is echt wel acuut.

En tegelijkertijd heb ik gewoon angst om mensen tegen de haren in te strijken. Ik heb niks tegen mensen die bij Colruyt werken. Maar ik heb wel een probleem met hoe Colruyt als beursgenoteerd bedrijf aan de slag gaat in onze voedselketen.” Want de eigenaar bepaalt wie er op die gronden mag werken, wat erop wordt geteeld en tegen welke prijs. De laagste prijs, zoals hun slogan luidt, vreest het Boerenforum. En dat zou volgens de organisatie dat een ramp zijn voor kleine boeren.

Bij Colruyt begrijpen ze die bezorgdheid, maar het verhaal zou niet helemaal kloppen. “De landbouwers kunnen nog altijd gronden aankopen voor zichzelf. Het deel gronden dat wij met Colruyt aankopen is heel beperkt. Dat is een beperkte oppervlakte die ook niet gaat zorgen dat de prijzen de pan uit swingen”, meent Jan Schockaert, afdelingschef aankoopt groenten en fruit van de Colruyt Group. “

Colruyt hoopt alsnog met de boeren samen te kunnen werken. “We nodigen hen uit om samen met ons in dialoog te gaan en een samenwerking aan te gaan. Eigenlijk zit er een opportuniteit in: zij moeten de investering in de landbouwgronden niet doen, en kunnen toch een product telen dat innovatief en duurzaam is.”