Vandaag start het druivenseizoen. De druiven zijn van goede kwaliteit: groot, zoet en sappig, maar dat blijkt bij hoge temperaturen niet zo simpel te zijn. Teler Philip Dewit uit Overijse toont ons hoe hij z'n serre toch koel kan houden.
Druivenseizoen start onder tropische temperaturen: “Voortdurend opletten dat serre niet te warm wordt”
Druiventeler Philip Dewit wil dat elke tros die hij teelt van uitstekende kwaliteit is. Dat is bij hoge temperaturen niet zo vanzelfsprekend, want in zo'n serre mag het ook niet té warm worden. “Boven de dertig graden stoppen ze met groeien. De druiven worden dan zwart en rijp, maar niet meer dikker. Dat hebben we niet graag, ook omdat onze druiven gekend zijn als dikke bollen”, zegt Dewit. “We komen eigenlijk zo weinig mogelijk aan onze druiven. Als de natuurlijke dons ontbreekt op de druif, betekent dat dat we er te veel zijn aan geweest of er te veel sproeiproducten opzitten. Dat is dan echt doodzonde.”
Om tot een goede Vlaams-Brabantse tafeldruif komen, kleuren serristen in de Druivenstreek de ramen van hun serres wit om het zonlicht te weerkaatsen. Philip heeft nog heel wat andere truukjes achter de hand. “Met een waterbekken waar we ongeveer anderhalf miljoen water in opvangen kunnen we de watergift in de serre geven. We kunnen ook de daksproeiers opzetten zodat we de ramen afkoelen en die zo minder branden op de druiven in de serre”, aldus Dewit.