Nu de onderhandelingen voor de vorming van de Vlaamse regering stilaan op kruissnelheid komen, herhalen de burgemeesters hun pleidooi om de uitdagingen van Halle-Vilvoorde te erkennen en de onderfinanciering concreet aan te pakken. "Onze regio moet de grootste demografische druk en hoogste verstedelijkingsdruk aanpakken met de minste middelen uit het Gemeentefonds. Er is dringend nood aan een nieuwe aanpak”, klinkt het.
Burgemeesters Halle-Vilvoorde herhalen eisen: "Onze regio wordt ondergewaardeerd"
In februari stelden de 33 burgemeesters van Halle-Vilvoorde al het Memorandum 2024 voor, in het bijzijn van provinciegouverneur Jan Spooren en verschillende volksvertegenwoordigers uit de regio. Zij ijveren nu om de eisenbundel op de onderhandelingstafel bij de lopende Vlaamse en federale formatiegesprekken te houden. Ook de Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten en de burgemeesters van Oost-Brabant formuleerden onlangs de bezorgdheden van hun lokale besturen.
"Toch is de situatie in Halle-Vilvoorde uniek in Vlaams-Brabant en bij uitbreiding in Vlaanderen”, klinkt het bij de burgemeesters. “We voelen de verstedelijkingsdruk vanuit Brussel het meeste van alle regio's en in zowat alle domeinen, maar krijgen tegelijk het minste middelen uit het Gemeentefonds. Als enige Vlaamse referentieregio heeft Halle-Vilvoorde geen centrumstad. Daar is dringend een nieuwe aanpak nodig, want volgens alle analyses en prognoses zullen de uitdagingen blijven toenemen.”
Volgens de burgemeester staan ze voor een kantelmoment. “Met de volgende Vlaamse en federale regering willen we werken aan concrete oplossingen”, aldus de burgemeesters. “Aan de handelaars van het volgende Vlaamse regeerakkoord vragen we scholenbouw eerst te richten op de steden en gemeenten waar de nood het hoogst is. Dat geldt ook voor de middelen, infrastructuur en personeel voor kinderopvang, psychologische hulpverlening bij jongeren én volwassenen en tijdelijke noodopvang. Een inhaalbeweging op vlak van welzijnsvoorzieningen heeft immers een positieve invloed op de gezondheid van maar liefst 660.000 inwoners."