waterlonderzeel.jpg

Project waterbuffering in Londerzeel: eerste resultaten zijn positief

don 9 jun 2022

Londerzeel is gestart met het bufferen van water in grachten. Dat is een methode om het waterpeil te beheersen in een periode van wateroverlast door bijvoorbeeld veel regenval of net langdurige droogte.

“Daarbij worden drempels in bestaande grachten geplaatst”, zegt schepen van Ruimtelijke Ordening Leen Van Aken (Groen). “Deze drempels zijn grote betonnen schotten die het water ter plaatse houden. In het voorjaar van 2022 werden de eerste drempels geplaatst in de gracht aan de Plas in Steenhuffel. Deze gracht watert af naar de Vuilbeek en mondt uit in de Grote Molenbeek.”

De drempels blijken meteen succesvol te zijn. “Het waterpeil in de grachten stond de afgelopen weken vrij laag”, gaat Van Aken verder. “Hierdoor konden we het systeem van waterbuffering tijdens een periode van droogte een eerste maal testen. De eerste bevindingen zijn alvast positief. We merkten dat er effectief veel meer water wordt gebufferd. Hierdoor kan het water langzaam infiltreren in de bodem.”

Grote buffering

“Ook in natte periodes moeten de drempels zorgen voor een grotere buffering van water”, vult burgemeester Conny Moons (LWD) aan. “De afvoer van het regenwater naar de Grote Molenbeek wordt hierdoor vertraagd en moet de wateroverlast in lagergelegen gebieden beperken. Zijn ook hier de resultaten bemoedigend, dan plaatsen we de komende jaren ook in andere grachten drempels. Het project werd mogelijk gemaakt dankzij de steun van de provincie Vlaams-Brabant.”

De burgemeester merkt ook op dat dit niet de enige projecten zijn om water te bufferen. “Op gemeenteraad werd het riviercontract Vliet-Molenbeek goedgekeurd", vertelt Moons. “De gemeenten Asse, Bornem, Londerzeel, Meise, Merchtem en Puurs-Sint-Amands, kortom, alle gemeenten waar de Molenbeek richting de Vliet vloeit, gaan samen bekijken welke maatregelen er kunnen genomen worden tegen wateroverlast aan de grillige oevers van de Molenbeek en Vliet. Daarbij wordt ook gekeken of de maatregelen een draagvlak hebben bij de mensen.”