Verdachte van moord op Jan-Willem blijft aangehouden via elektronisch toezicht

Peeters werd op 6 juli dood aangetroffen in zijn wagen in de Serenadestraat in Sint-Jans-Molenbeek, op de grens met Dilbeek. Hij was met vijf kogels om het leven gebracht. De moord zou te maken hebben met een aanslepend huurgeschil. Peeters had de woning van zijn grootvader in Overijse verkocht aan verdachte Semun K., op voorwaarde dat hij mocht blijven wonen in een flat in het gebouw totdat de renovatiewerkzaamheden achter de rug waren.

Semun K. zou die afspraak niet zijn nagekomen, waarna de zaak voor de vrederechter kwam. De woning in Overijse werd uiteindelijk gedwongen verkocht, net als het huis van de broer van Semun K., dat als onderpand had gediend. Omdat de spanningen tussen Jan-Willem Peeters en Semun K. bleven oplopen, verhuisde de advocaat naar Sint-Jans-Molenbeek. In juli zou het echter tot een confrontatie zijn gekomen tussen de twee, waarbij Peeters werd doodgeschoten op zijn oprit.

Semun K. werd een tijdje na de feiten opgepakt en aangehouden op verdenking van moord. De man mocht intussen de gevangenis verlaten, maar hij is nog steeds aangehouden onder de modaliteit van elektronisch toezicht. De raadkamer bevestigde vandaag die voorlopige hechtenis, waardoor hij nog minstens twee maanden thuis moet zitten met een enkelband. Intussen loopt het moordonderzoek nog steeds verder. 

Vorige maand werd nog een reconstructie gehouden van de feiten. Toen verklaarde Semun K. dat hij het slachtoffer niet in een hinderlaag had gelokt, maar dat er een ruzie was voorafgegaan aan de schietpartij. Toen Jan-Willem Peeters vervolgens in zijn wagen stapte en naar het handschoenenkastje greep, zou K. het vuur hebben geopend.