Het kaasbeenbedrijf Coucour breidt haar productie uit. De grootste fabrikant van kaasbeen in Europa strijkt daarom neer op de voormalige L-Door-site aan de Dender.
Kaasbeenfabriek vindt onderkomen op voormalige L-Door-site: "Operationeel eind maart, begin april 2026"
Wees niet verbaasd wanneer je viervoeter plotsklaps begint te kwijlen wanneer u de voormalige L-Door-site voorbij wandelt. Vanaf april volgend jaar zal het lokale bedrijf Coucour op de site namelijk 6.000 ton kaasbenen produceren. Wat is in vredesnaam een kaasbeen? Een kaasbeen is een tandverzorgende snack voor honden. Een idee dat oprichter Robert Huygh in Florida oppikte.
"Coucour is in feite begonnen uit een prospect die wij hebben gedaan. Op de Petfoodbeurs in Florida stond een Nepalees naast ons met kauwbenen voor honden en die won daarmee de innovatieprijs. En de bedoeling was aangezien ik Nepal zeer goed ken, om deze producten te importeren uit Nepal", zegt Huygh. De benen invoeren vanuit Nepal kon evenwel niet. Daarom besliste Huygh om in eigen land te produceren.
Voor de productie rekent Huygh op de mensen van Maatwerk uit Lennik. "Voor het ogenblik wij werken zeer nauw samen met maatwerkbedrijven. Wij werken plus-minus steeds met 35 mensen, maar dat kan naar het jaareinde uitlopen tot 50 à 55 medewerkers." Die zijn allemaal nodig om de productie op peil te houden. Momenteel produceert Coucour zo'n 9 miljoen benen per jaar, oftwel 700 ton, maar dat cijfer moet omhoog naar 6.000 ton.
De meeste benen zijn voor het buitenland bestemd. Coucour is op zeven jaar tijd een wereldspeler geworden die vooral levert aan Canada, het Midden Oosten en Australië. Toch zal ook de site in Liedekerke niet voldoende zijn. "Wij denken ook toekomstgericht dat Liedekerke - niet tegenstaande dat de site alles bij mekaar 5.500 vierkante meter is - te klein gaat zijn. Dus wij zullen wel blijven hier in Denderleeuw en ook in Affligem."